Terug

NIEUW SOORT GENTECH-SOJA OP DE MARKT TOEGELATEN

CDA-minister van Landbouw, Gerda Verburg, heeft onlangs in de Europese Landbouwraad gestemd voor toelating to de Europese markt van een nieuw soort genetisch gemanipuleerd soja. Dus ook tot de Nederlandse markt! Wel heeft deze minister hierbij in de stemverklaring de zorg geuit die hierover leeft in de Tweede Kamer.Een week daarvoor nam een Tweede Kamermeerderheid nog een motie aan waarin stond dat Verburg niet moest instemmen. Verburg wilde niet afwijken van het kabinet dat de positieve adviezen over toelating van de EFSA, de Europese Voedsel- en Warenautoriteit, altijd volgt. (Uit de Gelderlander van 19-11-2008). Wat jammer nou toch! Dit besluit doet de democratie en de biologische landbouw geen goed. 

Wat is gentechnologie ook al weer? En waarom is de biologisch(-dynamische) landbouw er tegen? Gentechnologie (ook wel gentech of genetische manipulatie genoemd) is verandering aanbrengen in het genetisch (erfelijk) materiaal van een organisme. Deze gentechnologie knipt en plakt in het erfelijk materiaal (DNA) en dit kan alleen in een kunstmatige, in vitro, omgeving. In de natuur komt dit niet voor. Een zo 'afgedwongen' gen-construct kan met een injectienaald bij dieren worden ingebracht. Bij planten worden plantencellen 'gebombardeerd' met DNA. Nu komen we meteen op het voornaamste bezwaar hiertegen van de biologische landbouw. Namelijk, dat door deze gentechnologie de natuurlijke voortplantingsgrenzen doorbroken worden. Dit laatste getuigt niet van respect voor de eigenwaarde en eigen aard van planten en dieren. Het is een aantasting van de integriteit van plant en dier. Integriteit wil zeggen: heelheid, ongeschondenheid, harmonie tussen de delen en het geheel. 

En veredeling van planten en fokkerij bij dieren dan? Hierbij verandert het erfelijkheidsmateriaal ook maar hierbij wordt gekozen voor een methode die veel dichter bij de natuur staat. De biologische landbouw wil landbouw bedrijven met respect voor de zelfstandigheid en eigenheid van de natuur. Dit door: gebruik van natuurlijke in plaats van synthetische hulpstoffen (dus bijvoorbeeld organische mest in plaats van kunstmest). Door het stimuleren van zelfregulatie van planten en dieren in het agrarisch ecosysteem en door het niet aantasten van de integriteit van een organisme, zoals wel het geval is bij bijvoorbeeld snavelknippen bij kippen, staartknippen bij varkens en onthoornen van koeien, en dus ook bij gentechnologie. 

Andere bezwaren tegen gentechnologie.
Een ander groot bezwaar is dat vervuiling van niet-genetisch gemanipuleerde gewassen door genetisch gemanipuleerde gewassen, onontkoombaar is. Zeker als er steeds meer genetisch gemanipuleerde organismen gebruikt gaan worden. Stuifmeel van planten kan bijvoorbeeld over grote afstonden verspreid worden en kan zo niet-genetisch gemanipuleerde planten besmetten. Ook blijkt het moeilijk te zijn om genetisch gemanipuleerd voedsel voor 100% te scheiden van niet-gemanipuleerd voedsel. Hierdoor worden boeren en consumenten gedwongen een bepaald percentage van deze gewassen te accepteren. De Europese Commissie heeft in het verleden al bepaald, onder het mom van vrije markt, dat boer of consument zelf mag kiezen voor wel of niet gebruiken van gemanipuleerde gewassen. Op producten waarbij ze in de productiewijze gebruikt zijn zou dit dan wel op het etiket vermeld moeten worden. Echter, in 2003 heeft de Europese Commissie bepaald dat deze etikettering niet nodig is wanneer onbedoelde en onvermijdbare genetische vervuiling van het eindproduct onder de 0,9% blijft. Helaas is het in de praktijk ook nog zo dat men bijvoorbeeld een hoeveelheid sojabonen die hoogstwaarschijnlijk vervuild zijn, gaat vermengen met een andere grotere hoeveelheid schone sojabonen zodat het totaalpercentage ggo's net onder deze 0,9% blijft.
Deze gentechnologie en zaadproductie komt steeds meer in handen van multinationale bedrijven, die met name daar opereren waar het het goedkoopst kan. Door het 'octrooirecht' krijgen deze bedrijven een monopoliepositie, waardoor ze het aanbod aan zaden en bestrijdingsmiddelen kunnen gaan bepalen. Een berucht voorbeeld hiervan is Monsanto (Multinational die gentechnologie gebruikt). Met name in ontwikkelingslanden worden boeren en consumenten steeds afhankelijker daarvan en worden lokale, traditionele en ecologische  landbouwsystemen zo om zeep geholpen.
Gentechnologie zorgt ook voor een verdere industrialisering van de landbouw, waarbij voor de meeste ggo's pesticiden worden gebruikt. Tot slot, de gevolgen voor milieu en gezondheid van de mens zijn dan onvoorspelbaar en bovendien bestaan er nog nauwelijks lange termijn studies hierover.

Wat kunnen we hieraan doen?
We kunnen gentechnologie een halt toe roepen door te blijven kiezen voor producten van de biologisch-dynamische landbouw. En misschien door bij verkiezingen (Europees parlement juni 2009) te stemmen op die partijen die onder andere om genoemde redenen gentechnologie voor 100% afwijzen. Als u al biologisch eet, probeer ook uw familie, vrienden of collega's te overtuigen van het belang van biologische voeding. Niet alleen in het belang van uw eigen gezondheid, maar ook in het belang van de gehele aarde.

Douwe Bouma

Informatie vooral afkomstig uit de brochure "waarom de biologische landbouw tegen gentechnologie is" van het Louis Bolk instituut van juni 2004